Main content

Inhoud

Veelgestelde vragen

1. Op welke ganzen wordt er gejaagd?

De grauwe gans is het meest talrijk en wordt flink bejaagd in de meeste provincies. De jacht op de brandgans, kolgans, boerengans (soepgans) en rietgans is ook geopend in een aantal provincies. De provinciebesturen geven ontheffingen om op deze beschermde diersoorten te jagen.

De exoten Canadese gans, Nijlgans en Indische gans zijn in Nederland vrij bejaagbaar door jagers met een jachtakte. Dat is wettelijk geregeld met een 'aanwijzingsbesluit'.1 In sommige provincies is de ´verwilderde boerengans´ ook te schieten met een aanwijzing.

Overigens gelden in elke provincie weer andere voorwaarden voor het bestrijden van de gans. Deze staan vermeld in de ontheffingen.

2. Wat zijn winterganzen/trekganzen?

Winterganzen zijn trekganzen. Ze trekken in de winter naar Nederland en delen van België en zijn afkomstig uit gebieden langs de poolcirkel, zoals Nova Zembla, Spitsbergen, Scandinavië en Siberië.1

De overgang van zomer naar winter verloopt in het Arctische gebied razend snel. Al in september valt de winter in. Sommige ganzen kiezen ervoor om in een paar stevige rukken naar onze streken te vliegen en arriveren begin oktober al, andere laten zich door de vorstgrens geleidelijk naar het zuiden drijven.

In de winterperiode groeit het gras gewoon door, waardoor de ganzen voldoende voedsel hebben. Het vlakke landschap geeft de ganzen overzicht en de vele waterpartijen bieden voldoende veiligheid tegen roofdieren. Ongeveer een half miljoen ganzen, de helft van alle Europese overwinterende ganzen, brengen hier de winter door.

3. Wat zijn zomerganzen/standganzen?

Zomerganzen zijn standganzen die het gehele jaar in Nederland of België verblijven. Deze dieren trekken niet weg omdat het aanbod van voedsel en goede rust en broedplekken meer dan voldoende aanwezig is. Zij planten zich dan ook voort in ons land.

De boeren, jagers en provinciebesturen willen de zomerganzenpopulatie drastisch terug brengen door afschot en vergassing.