Main content

Inhoud

Opinie: Red jezelf, eet geen dier

Nieuws: 6 januari 2022
Slacht

Dit opiniestuk van campagnecoördinator Anna Krijger verscheen eerder in NRC Handelsblad.

Een dodelijk en zeer besmettelijk virus dat al jaren de wereld over gaat en miljoenen levens en miljarden euro’s kost: ik heb het niet over corona, maar over de vogelgriep. Er gaan op internet een paar variaties rond van een meme met de tekst „When you realize 2022 is pronounced ‘2020 too’”, vergezeld door een afbeelding van iemand die in totale paniek verkeert. Je moet er inderdaad niet aan denken: een herhaling van 2020, het jaar waarin Covid-19 ons leven overnam. Toch is het niet eens zo’n gek scenario: net als Covid is vogelgriep een zoönose; een ziekte die overdraagbaar is van dier op mens.

Europa kampt met de zwaarste uitbraak van vogelgriep ooit. Voor de onderliggende oorzaken hebben experts al eerder gewaarschuwd, maar daar is nooit iets mee gedaan, stelde Ron Fouchier vorige week in NRC (24/12). De hoogleraar moleculaire virologie heeft het over de intensieve pluimveehouderij: de grootste bron van hoogpathogene vogelgriepvirussen.

Sinds half september is er in 27 landen in Europa vogelgriep vastgesteld bij meer dan driehonderd pluimveebedrijven, waarvan acht gevestigd in Nederland. Er zijn meer dan acht miljoen vogels ‘geruimd’. Dat klinkt wat afstandelijk en ook wel efficiënt – opgeruimd staat netjes – , maar betekent in de praktijk ‘vergast’.

Hoogleraar vergelijkende pathologie Thijs Kuiken wijst erop dat Nederland de hoogste pluimveedichtheid van Europa heeft; in Limburg is die achttien keer hoger dan het Europese gemiddelde. Die schaal heeft allerlei negatieve effecten. Het meest voor de hand liggende ‘negatieve effect’ is natuurlijk het akelige leven dat vogels in de intensieve pluimveehouderij leiden. Het vleeskuiken, het meest gehouden productiedier in Nederland, leeft maar zes weken voordat het naar de slacht gaat – en dat is misschien maar goed ook. Zonder enige mogelijkheid om natuurlijk gedrag te vertonen, getroffen door voetzoolzweren – als ze tenminste nog niet door hun pootjes zijn gezakt door de geforceerde en absurde groei – en met de bewegingsruimte van een A4’tje, is hun bestaan bijzonder betreurenswaardig. Ik zou het m’n kat niet willen aandoen.

Ook met de behandeling van pluimvee is het triest gesteld. Undercoverbeelden uit een eendenhouderij onthulden in 2018 hoe dieren door medewerkers van de vangploeg werden doodgeschopt en tegen de muur werden doodgeslagen. De zaak ligt nog steeds bij de rechter.

Het gevaar voor de volksgezondheid is een minder bekend effect van de intensieve pluimveehouderij. Omdat de vogels in deze industrie zo dicht op elkaar gepakt zitten, kan het virus zich razendsnel verspreiden. In 2003, tot op heden het rampjaar van de vogelgriep, raakten verschillende mensen in Nederland besmet en overleed een dierenarts aan de gevolgen van het virus. Het dodental in China en Laos, waar het virus ook voorkomt, staat inmiddels op 22.

De risico’s voor de volksgezondheid beperken zich overigens niet tot virussen afkomstig uit de pluimveehouderij. De verspreiding van stikstof is daar een voorbeeld van. Uit onderzoek van Veehouderij & Gezondheid Omwonenden bleek onlangs dat in veehouderijdichte gebieden de kans op longontsteking consistent hoger is dan in vergelijkbare, veehouderijarme gebieden. En de sojateelt voor de veevoerindustrie (dus niet voor vegaburgers, zoals vaak beweerd wordt) zorgt voor gigantische ontbossing in de Amazone – het regenwoud stoot tegenwoordig meer CO2 uit dan het kan absorberen. Ook bepaald geen goed nieuws voor de mens.

De Nederlandse vleeskuikenstapel alleen telt al bijna 50 miljoen dieren. De pluimveehouderij wordt steeds intensiever en de honderdduizenden dieren die jaarlijks ‘uit voorzorg’ worden gedood, vervangen we meteen door nieuwe dieren die opnieuw het vogelgriepvirus kunnen oplopen. Zo maken we het de zoönosen wel heel gemakkelijk.

Je zou bijna vergeten dat we er ook voor kunnen kiezen om dieren niet in zulke gigantische aantallen op zulke kleine afmetingen te houden: we hoeven ze immers niet te eten om gezond te blijven. Sterker nog, het zal de volksgezondheid goed doen als we helemaal stoppen met de intensieve (pluim)veehouderij. Als het niet is omwille van de dieren dan tenminste voor onszelf.